De beek die door de Hesweg liep, ging dwars door de fabriek richting uiterwaarden en Rijn. In de fabriek was een grote betonnen bak die gevuld werd met het water van de beek, die er doorheen stroomde. In de betonnen bak met water werden de geverfde kledingstukken met de hand gespoeld tot er geen verfafgifte meer plaats vond. Aan de kleur van de beek en het grindgat kon je zien wat er die dag zoal geverfd werd.
[bron: Jan van Dekken]

3 december 1946 - Arnhemsche Courant

1949-10-15, Nieuwe Apeldoornsche Courant

25 oktober 1954 - Arnhemsche Courant


25 november 1955 - Arnhemsche Courant


8 mei 1957 - Arnhemsche Courant

De bandververij was destijds een noviteit, omdat het de enige was in Nederland waar veiligheidsriemen voor auto’s werden geverfd en gefixeerd. Ikzelf heb daar in de vakanties  mijn Oom Albert geholpen met allerlei klusjes, zoals het wegen en sorteren en het bepalen van de lengtes van de rollen veilgheidsband.
Ververij August Cramer had een aparte ruimte naast de ververij laten bouwen, om daar de olieketel te installeren voor de opwekking van stoom om de RVS stalen kuipen met inhoud te kunnen verwarmen. Voorheen was er inpandig een grote kachel, die met kolen werd gestookt om de stoom te kunnen opwekken.
De kolen lagen aanvankelijk buiten opgeslagen en het gebeurde veelvuldig dat in de duistere uren er kolen gestolen werden. Er werd zelfs de wacht gehouden om de dader(s) te kunnen betrappen en met succes!! Ik zal geen namen noemen, maar het waren zeker geen vreemden.
Later is er dus overgegaan op een “moderne” -voor die tijd althans- olie gestookte ketel.
[Jan van Dekken, oud bewoner van het laantje van de Klingelbeek]